"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Platformarbeid reguleren wordt werk van lange adem

Waar staan we nu met het platformwerk in België? We vragen het aan Mathias Wouters die sinds 2017 aan het Leuvense Instituut voor Arbeidsrecht verbonden is. Hij doctoreerde onlangs met een belangwekkende thesis over “International labour standards and platform work”.

Doctoraat van Belgische platformspecialist kan specialisten van IAO adviseren

Wolters Kluwer publiceert dit nu in boekvorm: na een grondige toelichting van digitale arbeidsplatformen vergelijkt Mathias er platformwerk met privé-arbeidsbemiddeling, thuiswerk en huishoudelijk werk. Verder duikt hij in de toekomstige koers van de Internationale Arbeidsorganisatie (iAO). Zijn boek komt op het juiste moment want in 2022 start de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) gesprekken over mogelijke regelgeving van platformarbeid.

We spraken elkaar toevallig op de avond voor de Brusselse rechtbank oordeelde dat Deliveroo-koeriers geen werknemers zijn. Mathias Wouters: “Het zou me verbazen als Deliveroo niet als werkgever wordt  aangemerkt. Zoals dat ook al voor soortgelijke platformen in enkele andere Europese landen gebeurde.” Zo zie je maar…

Marktplaats?

Mede door zijn spectaculaire groei staat platformwerk in het middelpunt van de belangstelling van beleidsmakers. De EU-landen pakken dit thema echter zeer uiteenlopend aan. ‘Platform’ is van oorsprong geen juridische maar eerder een beschrijvende term. “Het verwijst naar een online markplaats waar zowel aanbieders als aannemers, zowel kopers als verkopers een zekere bewegingsvrijheid hebben over modaliteiten en prijs.  In die zin is Uber misschien geen ‘platform’ maar eerder gewoon een digitale ‘taxidispatcher’. Dat zet meteen een andere toon of mindset. Laten we dus maar behoedzaam blijven in het gebruik van de term ‘platform’ om allerlei digitale ondernemingen te omschrijven…”

Diversiteit troef

“Als we over platformen spreken mogen we niet vergeten dat er een enorme diversiteit van (veelal fraudegevoelige) sectoren achter schuilt: huishoudhulp, thuisbezorging, schoonmaak, klusjesdienst, personenvervoer, microtaakjes enzovoort. Zowel Linkedin als Uber omschrijven zich als een ‘platform’ waar je ‘werk’ kan vinden. Diversiteit troef.”

Hij voegt er ook aan toe dat het bekende dienstenchequesysteem op de Belgische markt de deur enigszins gesloten houdt voor allerlei huishoudhulp-apps. Alleen voor zeer kortdurende diensten zoals het uitlaten van honden, wat dus niet via dienstencheques mag, lijken dergelijke platformen een markt te vinden.


Platformwerk is vanuit arbeidsjuridisch oogpunt zeer moeilijk te reguleren omdat er totaal andere relaties, nieuwe concepten en andere dynamieken spelen.


Moeilijk te regelen

Hoedanook is platformwerk vanuit arbeidsjuridisch oogpunt zeer moeilijk te reguleren omdat er totaal andere relaties, nieuwe concepten en andere dynamieken spelen. Ons qua arbeid complex gefederaliseerd land, dat bovendien kampt met een enorme gerechtelijke achterstand, is in Europa allerminst een koploper qua adequate regulering! Terwijl schijnzelfstandigheid al jaren om de hoek loert, is de delicate en floue kwestie van zelfstandigheid versus werknemerschap in het platformwerk nog steeds niet definitief beslecht. “Door die tergende traagheid vertoeft een grote groep mensen al veel te lang in een onduidelijke en uiterst precaire situatie.”

Ook die fameuze ‘bijkluswet’ (de alweer afgevoerde regeling waarbij men jaarlijks tot €6.340,- belastingvrij kon bijverdienen via  erkende platformen) heeft hier geen zoden aan de dijk gezet. Wat ook Karolien Lenaerts twee jaar geleden hier liet uitschijnen “Het heeft ons zelfs lange tijd op een dwaalspoor gezet.”

Erger nog: er  is niet meteen een kant-en-klare oplossing te bedenken. Die zal wellicht uit verscheidene hoeken moeten komen. Daarom is het nuttig uit te maken wat je internationaal, Europees, nationaal of regionaal wil gaan regelen. “Wist je dat taxichauffeurs in het ene land werknemers zijn en in het andere veelal zelfstandigen? Hoe kan je dan op Europees niveau een overkoepelende regeling voor Uberchauffeurs uitwerken? De onduidelijke juridische en statutaire fricties zullen helaas nog wel een tijdje blijven duren.”

Geen derde weg

Dat er geen derde statuut kwam tussen zelfstandige en werknemer vindt hij, als arbeidsjurist met een internationaal blikveld, wel een goede zaak omdat dit uiteindelijke geen beloftevolle optie was. “In andere landen zoals het VK waar zulk een tussenstatuut al langer bestaat, moeten de platformwerkers evengoed naar de rechtbank om bijbehorende rechten te vorderen. Het risico bestaat dat platformwerkers geneigd kunnen zijn enkel dat derde statuut na te streven in plaats van een volwaardig werknemersstatuut. In elk geval mag de platformeconomie op zich geen reden zijn om zo een drastische wijziging door te voeren.“

Sociale partners

Wel kijkt hij belangstellend toe hoe zowel Unizo als ACV United Freelancers en ABVV Platform inspanningen leveren om zoveel mogelijk freelancers (waarvan dus ook platformwerkers) aan zich te binden. De zelfstandige professional voelt zich wellicht in de eerste plaats een zelfstandige en de fietskoerier, die niet het gevoel heeft een eigen onderneming uit te bouwen, neigt misschien naar de vakbond. Maar waar ligt de onderlinge grens in die oplopende specialisatiegradatie van allerlei mogelijke freelance jobs?

“We moeten in België ook nadenken over de mogelijkheid om bepaalde zelfstandigen bescherming te bieden via cao’s. Welke zelfstandigen dat dan precies zouden zijn is vanuit het marktrecht nog een heikel punt. Maar zeg nu zelf : waarom doen contractuele journalisten en freelance journalisten krek hetzelfde werk aan totaal andere arbeidsvoorwaarden?” De discussie over de collectieve rechten van bepaalde zelfstandigen, waaronder mogelijkerwijze platformwerkers, is echt cruciaal. “Dit thema begint te leven naar aanleiding van wat onder meer ACV en ABVV ondernemen. De overheid zou daar meer belangstelling voor mogen hebben.”


De discussie over de collectieve rechten van bepaalde zelfstandigen, waaronder mogelijkerwijze platformwerkers, is echt cruciaal. “Dit thema begint te leven naar aanleiding van wat onder meer ACV en ABVV ondernemen. De overheid zou daar meer belangstelling voor mogen hebben.”


Europees aandachtspunt

 Uit ons gesprek onthouden we dat er nog geen pasklaar antwoord is en dat we voorlopig moeten leven met een uiterst diverse ‘platformeconomie’. Hopelijk kan het gloednieuwe initiatief voor een Europese richtlijn de Belgische gesprekspartners inspireren of aansporen om ook hier naar een duidelijk beleid met coherente maatregelen te streven?

Lees ook: Brussel moet een einde maken aan schijnzelfstandigheid in de platformeconomie

Philip Verhaeghe
Philip Verhaeghe is een onafhankelijk governance adviseur en een freelance redacteur over ondernemerschap en bestuur voor vakbladen, bedrijven en organisaties. Onderzoekt zowel de nieuwste trends als de klassieke uitdagingen die het verschil kunnen maken in de bestuurskamer of het directiecomité. Is als freelance redacteur ook actief voor onder meer Bestuurder”, “Guberna” en “Etion”. Werkte als algemeen secretaris voor VKW, het Instituut voor Bestuurders, Corgo en RNCI. Bekijk alle berichten van #Philip Verhaeghe