Einde aan het onbeperkt sluiten van opeenvolgende overeenkomsten van bepaalde duur en vervangingsovereenkomsten
De nieuwe wet ‘opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd en vervangingsovereenkomsten’ is sinds 8 mei jl. in werking. Wat houdt dat precies in?
Recent trad de nieuwe wet “opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd en vervangingsovereenkomsten” van 20 maart 2023 in werking.
Deze wet beperkt de totale duur van opvolging van overeenkomsten van bepaalde duur in combinatie met vervangingsovereenkomsten tot maximum 2 jaar, behoudens uitzondering.
Voorheen voorzag de wetgever enkel regelgeving voor opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur of opeenvolgende vervangingsovereenkomsten. Bij een combinatie van de twee overeenkomsten diende de werkgever bijgevolg geen rekening te houden met enige beperking.
Maar wat houdt deze beperking nu precies in? En zijn er eventueel afwijkingen mogelijk voor de werkgever? Wij zetten voor u de belangrijkste principes op een rijtje.
Overeenkomsten van bepaalde duur/duidelijk omschreven werk
Principe
Het sluiten van opeenvolgende overeenkomsten van bepaalde duur/voor een duidelijk omschreven werk tussen dezelfde partijen, zonder dat de onderbreking toe te schrijven is aan de werknemer, is in principe verboden.
Uitzonderingen
Op dit verbod bestaan evenwel enkele uitzonderingen, namelijk wanneer:
- er een onderbreking is tussen de overeenkomsten die te wijten is aan de werknemer;
- de opeenvolging door de werkgever gerechtvaardigd kan worden wegens:
- de aard van het werk (bv. seizoensarbeid), of;
- een andere wettige reden.
Naast voormelde uitzonderingen is er nog één bijkomende uitzondering voorzien die strikt moet worden geïnterpreteerd.
Zo kan de werkgever maximaal 4 opeenvolgende overeenkomsten sluiten, wanneer elke overeenkomst:
- een looptijd heeft van minstens 3 maanden én;
- de totale looptijd niet meer dan 2 jaar bedraagt.
De totale looptijd kan daarbij evenwel worden opgetrokken tot 3 jaar indien:
- de duur van elke arbeidsovereenkomst minstens 6 maanden bedraagt, en;
- op voorhand de toestemming van de Inspectie Toezicht op de Sociale Wetten wordt bekomen.
Wordt er niet aan voormelde voorwaarden voldaan, dan geldt er een vermoeden dat het een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur betreft, waardoor de regels voor arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde duur zullen worden toegepast.
Vervangingsovereenkomsten
Principe
Het algemeen verbod op opeenvolgende arbeidsovereenkomsten is niet van toepassing op vervangingsovereenkomsten. Hierdoor is het perfect mogelijk om opeenvolgende vervangingsovereenkomsten te sluiten.
Deze mogelijkheid wordt evenwel net als bij de opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur, beperkt tot een maximum van 2 jaar. Op die manier mag de totale duur van de opeenvolgende vervangingsovereenkomsten, zonder dat er een onderbreking is die te wijten is aan de werknemer, niet meer dan 2 jaar bedragen.
Uitzonderingen
De beperking van de totale duur tot 2 jaar geldt niet wanneer:
- er sprake is van een onderbreking tussen de overeenkomsten, die te wijten is aan de werknemer;
- de overeenkomsten gesloten werden om de werknemer in loopbaanonderbreking, tijdskrediet of mantelzorgverlof te vervangen.
Ook hier voorziet de wet in een vermoeden van een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur, indien er niet aan voormelde voorwaarden wordt voldaan.
Combinatie twee soorten overeenkomsten
Principe
Voorheen voorzag de wetgever enkel regelgeving voor opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur of opeenvolgende vervangingsovereenkomsten.
Bij een combinatie van deze twee soorten overeenkomsten diende de werkgever geen rekening te houden met voormelde regelgeving.
Deze lacune leidde uiteindelijk tot een arrest van het Grondwettelijk Hof (arrest nr. 93/2021 van 17 juni 2021), waarin het Hof vaststelde dat deze situatie inging tegen de principes van gelijkheid en non-discriminatie. De wetgever zou bijgevolg regelgeving hieromtrent moeten voorzien.
Om die reden wordt nu de nieuwe wet van 20 maart 2023, artikel 11quater van de arbeidsovereenkomstenwet in het leven geroepen. Met dit nieuwe artikel wordt in geval van combinatie van een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur met een vervangingsovereenkomst ook voorzien in een maximumtermijn van 2 jaar (behoudens onderbreking toe te schrijven aan de werknemer).
Ook hier zullen, indien de maximumtermijn van 2 jaar wordt overschreden, de regels voor arbeidsovereenkomsten van onbepaalde duur van toepassing zijn.
De wet is van toepassing op arbeidsovereenkomsten die gesloten worden vanaf de datum van inwerkingtreding van de wet, zijnde 8 mei 2023.
Voor de toepassing van artikel 11quater worden de arbeidsovereenkomsten gesloten voor de datum van inwerkingtreding van deze wet die in een opeenvolging voorafgaan aan de arbeidsovereenkomst gesloten vanaf de inwerkingtreding van deze wet evenwel mee in rekening genomen.
Uitzondering
De nieuwe wet voorziet slechts één uitzondering op de maximumtermijn van 2 jaar.
Zo zal, wanneer een vervangingsovereenkomst volgt op verschillende opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur/voor een duidelijk omschreven werk, de vervangingsovereenkomst voor één keer niet meetellen bij de berekening van de termijn van 2 jaar, indien:
- de opeenvolging gerechtvaardigd kan worden wegens de aard van het werk of een andere wettige reden, en;
- de totale duur van die opeenvolgende arbeidsovereenkomsten maximum drie jaar
Conclusie
Deze wet is van toepassing op arbeidsovereenkomsten die gesloten worden vanaf 8 mei 2023.
Om na te gaan of de maximumtermijn van 2 jaar overschreden is, worden de overeenkomsten die vóór 8 mei 2023 werden gesloten, en die worden opgevolgd door een overeenkomst die na die datum is gesloten, evenwel mee in rekening genomen.
Om de toepassing van de regelgeving voor arbeidsovereenkomsten van onbepaalde duur te vermijden, is het als werkgever belangrijk te controleren welke arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur en welke vervangingsovereenkomsten er momenteel bestaan binnen de onderneming.
Bron: Monard Law
Lees ook :