Nu doen! Uw algemene voorwaarden screenen op bedingen die niet conform de nieuwe wetgeving zijn
De Monard Law vat hieronder de kernprincipes van de nieuwe B2B-wet op vlak van onrechtmatige bedingenvoor u samen.
Op 1 december 2020 treedt de nieuwe B2B-wetgeving in werking. Net als de gekende onrechtmatige bedingen in B2C-verhoudingen, komt de wetgever nu ook tussen in contractuele B2B-relaties. De nieuwe wet beoogt het contractueel evenwicht in B2B-relaties te vrijwaren en huldigt het principe dat ook in B2B-relaties bedingen die een kennelijk onevenwicht creëren tussen professionele contractspartijen, onrechtmatig en nietig zijn.
U doet er dus goed aan om zowel de algemene voorwaarden van uw onderneming als de overige contracten te screenen op bedingen die niet conform deze nieuwe wetgeving zijn.
Monard Law vat hieronder de kernprincipes van de nieuwe B2B-wet op vlak van onrechtmatige bedingen voor u samen.
De nieuwe B2B-wet is van toepassing op alle contractuele verhoudingen tussen ondernemingen.
Welke wet?
De wet van 4 april 2019 houdende wijziging van het Wetboek van Economisch Recht met betrekking tot misbruiken van economische afhankelijkheid, onrechtmatige bedingen en oneerlijke marktpraktijken tussen ondernemingen, B.S., 24 mei 2019.
Wat?
2.1 Categorieën
De nieuwe B2B-wet voorziet 3 categorieën van onrechtmatige bedingen:
- Een algemene toetsingsnorm (artikel VI.91/3, §1 WER)
- Een zwarte lijst (artikel VI.91/4 WER)
- Een grijze lijst (artikel VI.91/5 WER)
2.2 algemene toetsingsnorm
“Elk beding van een overeenkomst gesloten tussen ondernemingen dat, alleen of in samenhang met één of meer andere bedingen, een kennelijk onevenwicht schept tussen de rechten en plichten van de partijen, (is) onrechtmatig.”
Let op: enige terughoudendheid is aangewezen. Volgens de memorie van toelichting mag er bij de toetsing niet worden geraakt aan het beginsel van de contractvrijheid, enkel aan het misbruik dat ervan wordt gemaakt. Het valt nog af te wachten hoeveel marge de ondernemingsrechtbanken nog zullen gunnen aan ondernemingen.
Elk beding van een overeenkomst gesloten tussen ondernemingen dat, alleen of in samenhang met één of meer andere bedingen, een kennelijk onevenwicht schept tussen de rechten en plichten van de partijen, (is) onrechtmatig.
2.3 Zwarte lijst
De bedingen op de ‘zwarte lijst’ zijn onder alle omstandigheden onrechtmatig en verboden. Het weerleggen van het onrechtmatig karakter is niet mogelijk. De ‘zwarte lijst’ dient strikt geïnterpreteerd te worden.
Het gaat om bedingen die ertoe strekken:
- te voorzien in een onherroepelijke verbintenis van de andere partij terwijl de uitvoering van de prestaties van de onderneming onderworpen is aan een voorwaarde waarvan de verwezenlijking uitsluitend afhankelijk is van haar wil;
- de onderneming het eenzijdige recht te geven om een of ander beding van de overeenkomst te interpreteren;
- in geval van betwisting, de andere partij te doen afzien van elk middel van verhaal tegen de onderneming;
- op onweerlegbare wijze de kennisname of de aanvaarding van de andere partij vast te stellen met bedingen waarvan deze niet daadwerkelijk kennis heeft kunnen nemen vóór het sluiten van de overeenkomst.
2.4 Grijze lijst
De ‘grijze lijst’ bevat een reeks bedingen die vermoed worden onrechtmatig te zijn. Het gaat om een weerlegbaar vermoeden. Ook deze ‘grijze lijst’ dient strikt te worden geïnterpreteerd.
Het gaat om bedingen die ertoe strekken:
- de onderneming het recht te verlenen om zonder geldige reden de prijs, de kenmerken of de voorwaarden van de overeenkomst eenzijdig te wijzigen;
- een overeenkomst van bepaalde duur stilzwijgend te verlengen of te vernieuwen, zonder opgave van een redelijke opzegtermijn;
- zonder tegenprestatie het economische risico op een partij leggen indien die normaliter op de andere onderneming of op een andere partij bij de overeenkomst rust;
- op ongepaste wijze de wettelijke rechten van een partij uit te sluiten of te beperken in geval van volledige of gedeelde wanprestatie of gebrekkige uitvoering door de andere onderneming van een van haar contractuele verplichtingen;
- (onverminderd artikel 1184 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek) de partijen te verbinden zonder opgave van een redelijke opzegtermijn;
- de onderneming te ontslaan van haar aansprakelijkheid voor haar opzet, haar zware fout of voor die van haar aangestelden of, behoudens overmacht, voor het niet-uitvoeren van de essentiële verbintenissen die het voorwerp van de overeenkomst uitmaken;
- de bewijsmiddelen waarop de andere partij een beroep kan doen te beperken; of
- in geval van niet-uitvoering of vertraging in de uitvoering van de verbintenissen van de andere partij, schadevergoedingsbedragen vast te stellen die kennelijk niet evenredig zijn aan het nadeel dat door de onderneming kan worden geleden.
2.5 Sanctie
De nieuwe wet voorziet ook welke sancties er gekoppeld worden aan een beding in een overeenkomst of in algemene voorwaarden van een onderneming dat in strijd is met de algemene toetsingsnorm, de zwarte of de grijze lijst.
Artikel VI.91/6 WER: elk onrechtmatig beding is verboden en nietig.
Het gaat hier om een relatieve nietigheid. De sanctie beschermt dus de economisch zwakkere partij. Verder blijft de overeenkomst blijft bindend voor de partijen indien ze zonder de onrechtmatige bedingen kan blijven voortbestaan.
Voor welke ondernemingen is dit van toepassing?
De B2B-wet is van toepassing op alle ondernemingen (in de zin van artikel I.8. 39 WER). Dat wil dus zeggen dat de wet van toepassing is op:
- iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent (bv. een eenmanszaak, een zaakvoerder vennootschap, een kunstenaar);
- iedere rechtspersoon (elke vennootschap, maar dus ook een vzw of stichting , zelfs indien zij geen economisch doel nastreven);
- iedere andere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid (bv. een maatschap).
De wet is van toepassing op alle sectoren, met uitzondering van de bepalingen inzake onrechtmatige B2B-bedingen, die niet van toepassing zijn op financiële diensten (in de zin van artikel I.8. 18° WER, dus ook met uitsluiting van verzekeringsdiensten) of overheidsopdrachten. Doch, de B2B-wet evalueert de toepassing van de nieuwe bepalingen en voorziet in de mogelijkheid om sommige bepalingen van toepassing te verklaren op de voornoemde diensten of sector of om de zwarte of grijze lijst via Koninklijk Besluit aan te vullen.
De nieuwe B2B-wet is van toepassing op alle contractuele verhoudingen tussen ondernemingen. Het gaat daarbij niet enkel om bedingen in algemene verkoop- of aankoopvoorwaarden maar bedingen in allerhande overeenkomsten (bv. handelsagentuur, distributie, IT-contracten, franchise, consignatie, commissiecontracten, makelaarscontracten, aanneming, contracten voor zelfstandige dienstverlening, managementovereenkomsten).
De regels inzake onrechtmatige B2B-bedingen treden op 1 december 2020 in werking. Ze zullen alleen van toepassing zijn op overeenkomsten die na die datum worden gesloten, verlengd of gewijzigd en niet op overeenkomsten die reeds van kracht waren.
Per wanneer?
De regels inzake onrechtmatige B2B-bedingen treden op 1 december 2020 in werking. Ze zullen alleen van toepassing zijn op overeenkomsten die na die datum worden gesloten, verlengd of gewijzigd en niet op overeenkomsten die reeds van kracht waren.
Let wel op: nieuwe klanten die voor het eerst uw algemene voorwaarden ontvangen, kunnen zich dus vanaf 1 december 2020 ook beroepen op de nieuwe wet.
Monard Law bekijkt graag samen met u of uw onderneming en haar contracten conform zijn aan de nieuwe B2B-wet. Indien u verdere vragen heeft omtrent de impact van de nieuwe B2B-wet op uw onderneming, neem dan gerust contact met een van onze experts.
Bron: Stefanie Stappers en Kristof Zadora, advocaten bij het advocatenkantoor Monard Law